Kernenergie dreigt haar ambitie om een rol te kunnen spelen in de strijd tegen de klimaatverandering, niet te kunnen waarmaken. Dat is de conclusie van het gerenommeerde Massachusetts Institute for Technology (MIT).
Verrassend omwille van de boodschapper – een overwegend pronucleaire instelling – niet omwille van de boodschap. De voornaamste reden voor de nucleaire problemen? De snelle stijging van de kostprijs van nieuwe centrales. Met een jaarlijkse stijging van 15 % zou die om de vijf jaar verdubbelen! In 2003 publiceerde het MIT een eerste gezaghebbende studie “The Future of Nuclear Power”, die ze nu na zes jaar actualiseert. Het zou kernenergie vandaag voor de wind moeten gaan. De nood aan CO2-arme energieproductie is sinds 2003 sterk toegenomen. Er is nog geen internationaal klimaatakkoord. De toegenomen afhankelijkheid van gas- en olieleveranciers (en van de landen die de voorraden controleren) baart grote zorgen. Toch blijft het behalve in China, India en Korea bij veel gepraat, en weinig actie als het op concrete nucleaire bouwplannen aankomt. In de USA zijn geen nieuwe bouwprojecten gestart. In Europa zijn er enkel de met problemen overladen projecten in Finland en Frankrijk. Zelfs met de Aziatische projecten, blijft de aangroei van kernenergie ver onder wat volgens het MIT nodig is om kernenergie een relevante bijdrage te laten leveren aan de wereldenergievraag en de strijd tegen de klimaatverandering. Redenen zijn voor het MIT de nog altijd onopgeloste risico’s op proliferatie verbonden aan de opwerking van nucleair afval. Een techniek die essentieel zal zijn om kernenergie een rol van betekenis te geven in de toekomst. Maar de hoofdreden voor het falen van de nucleaire relance, ligt bij de kosten. De constructiekosten van kerncentrales blijven dramatisch toenemen, met maar liefst 15% per jaar. Ook gas- en steenkoolcentrales bouwen is duurder geworden, maar hier is de prijsstijging minder uitgesproken. Per geproduceerde kWh elektriciteit komt kernenergie als duurste optie naar voor: 8,4 dollarcent, in vergelijking met 6,2 voor steenkool en 6,5 voor gas. Bron: Bond Beter Leef Milieu Auteur: Bram Claeys |