Israël heeft de aanvoer van brandstof naar de Gazastrook donderdag stopgezet, nadat woensdag vier militante Palestijnen op klaarlichte dag het depot van waaruit het gebied wordt bevoorraad waren binnengedrongen, twee civiele bewakers hadden doodgeschoten en waarschijnlijk enkele opslagtanks in brand hadden gestoken.
De aanval werd opgeëist door drie kleine radicale Palestijnse facties, maar Israël zei de in Gaza regerende Hamas verantwoordelijk te houden. Na de aanval werden tanks, troepen en vliegtuigen naar de Gazastrook gestuurd en zeker acht Palestijnen, onder wie drie burgers, gedood. Onderminister van defensie Matan Vilnai waarschuwde donderdag dat meer represailles zullen volgen. Abu Ahmed van de Islamitische Jihad, een van de organisaties die de verantwoordelijkheid voor de aanval opeisten, zei dat het brandstofdepot waar de 1,4 miljoen Palestijnen in de Gazastrook afhankelijk van zijn, het doelwit was. "Deze brandstof is gedoopt in vernedering", zei hij, erop wijzend dat de Palestijnen er vaak uren op moeten wachten. "Als hun brandstof vernedering voor ons betekent willen we die niet." Het lijkt erop dat het depot door de aanval minstens gedeeltelijk buiten werking is gesteld. Twee Israëlische ministers zeiden dat Israël de aanvoer naar Gaza totaal zou moeten staken na de aanval. Maar andere functionarissen zeiden dat die binnenkort zal worden hervat omdat Israël geen humanitaire crisis wil creëren. In Gaza-Stad kwamen donderdagmiddag honderden Palestijnen op kruispunten bijeen om te protesteren tegen economische sancties en de al maanden durende afsluiting van hun gebied door Israël. Voor vrijdag is een massademonstratie gepland. Dinsdag dreigde Hamas de door de blokkade opgekropte spanningen een uitweg te geven door de afscheiding bij de grens met Israël en Egypte op te blazen. Toen Hamas dat in januari bij de Egyptische grens deed, stroomden tienduizenden Palestijnen door het gat Egypte binnen en duurde het een week voor de grens weer kon worden gesloten. Hamas-woordvoerder Sami Abu Zuhri zei dat de aanval op het brandstofdepot bij Nahal Oz een van de vele opties was die Hamas heeft. 'Dit was de eerste optie, en het begin van de uitbarsting' tegen de blokkade, zei hij. Israël zei dat de aanval niet van invloed zal zijn op de vredesbesprekingen die Israël voert met de Palestijnse president Mahmoud Abbas. "Terroristen zullen geen vetostem krijgen over de besprekingen met de pragmatische krachten", zei een woordvoerder van het ministerie van buitenlandse zaken. Maar de infiltratie maakt wel weer eens duidelijk dat Israël de uitvoering van een vredesverdrag kan vergeten zolang Hamas over de Gazastrook regeert. Een woordvoerder van het Israëlische leger zei dat de infiltranten waarschijnlijk een aanval op een Israëlisch dorp en/of de ontvoering van Israëlische soldaten in de zin hadden, maar werden gestoord door de aankomst van Israëlische militairen. In juni 2006 werden bij een soortgelijke infiltratie, via een tunnel, twee Israëlische soldaten doodgeschoten en een derde ontvoerd. Deze militair wordt nog altijd ergens in de Gazastrook gevangen gehouden. |